vrijdag 29 mei 2020

Hij hangt!



Mijn vader hing vroeger de vlag wel eens uit op 29 april. Reuze grappig vond hij het als passerende wandelaars opmerkten dat dat een dag te vroeg was. ‘Ik vlag voor mijn eigen koningin’, zei hij dan. Mijn jarige moeder vond het minder leuk, maar was net te klein om hem eigenhandig uit de houder te wippen.
Zelf erfden wij een vlag van de vorige bewoners van ons eerste huis. Daar waren we wel mee in onze nopjes en we hadden het goede voornemen hem uit te hangen op alle hoogtijdagen. Helaas bleef het vaak bij het voornemen; wij blijken niet zo goed in dat soort dingen. ‘O ja, de vlag kan uit’, zeggen we tegen elkaar als we er bij alle buren één zien wapperen, maar als we er halverwege de middag nog eens aan denken, is het eigenlijk alweer te laat. ‘Ach, volgende keer beter.’ En zo staat de vlag al lange tijd zielig te verstoffen in de schuur.
Vorige week hielden we na jaren weer eens een flinke schuuropruiming. We huurden een grote container en mijn man hakte fanatiek met een grote bijl alle meuk in gruzelementen om het vervolgens met veel kabaal in die metalen container te laten kletteren. Heerlijk zo’n opruimactie. Nog een paar dingen op marktplaats en hoppa, weer fijn veel ruimte vrij. Genietend van die riante schuur zag ik hem daar staan in een hoekje: de stoffige vlag. Ik klopte hem schoon, want ik kreeg zo’n zin hem binnenkort weer eens te gebruiken. In gedachten zag ik hem al hangen, rood-wit-blauw met een grijze tas. Zou het?
Ik zit buiten aan de koffie als zoonlief ineens juichend naar buiten komt. Het cijfer van zijn herkansing staat erop en hij heeft het gehaald! Hij vliegt naar de schuur om de vlag te halen, bind zijn tas eraan en klimt op de tuintafel om hem in de houder te hangen. Yes!
‘Het blijkt maar weer dat je heel slim bent, dat dit je gelukt is’, zeg ik. ‘Misschien…, maar jouw gebeden hebben zeker ook geholpen, mam, want eigenlijk had ik dit niet verdiend.’ Iemand roept nog dat het eigenlijk geen gezicht is die vlag aan ons kleine huisje, maar ik vind het prachtig. Het is een feestelijke uiting van het slagen van mijn zoon, maar ook vier ik vandaag met veel vreugde dat er voor ons allemaal genade bestaat ook al hebben we het niet verdiend. Bij ons hangt de vlag uit vandaag, joepie!!

woensdag 20 mei 2020

Hoe ik door de week rolde


Woensdag: Bij het opschudden van een dekbed stap ik achteruit op een poot van de crosstrainer. Mijn been draait, mijn knie ontspoort, ik val en gil het hele huis bij elkaar. Man en kinderen  schrikken zich het apelazarus, springen overeind en komen aangesneld.  Direct verontschuldig ik me voor mijn gejodel. Dat was toch niet nodig geweest? De kids lopen nog een jeugdtrauma op. Gelukkig is hun vader psychiater, dat scheelt.
Donderdag: Mijn knie is dik, stijf en pijnlijk, zo kan ik mijn prothese echt niet aan. Dat wordt dus een paar dagen rolstoel. Ach, ik ben wel wat gewend. Wel moet ik natuurlijk mijn afspraken buitenshuis afzeggen. Niet lopen is ook niet fietsen en autorijden. Het zielige nieuws verspreid zich als een lopend vuurtje. Bliebliep. ‘Veel sterkte!’ Bliebliep. ‘Wat naar voor je!’Bliebliep. ‘Hoe is het nu?’ Meeleven is fijn natuurlijk. Waarom heb ik dan toch de neiging om te zuchten?
Vrijdag: Wat kost alles toch een moeite vanuit de rolstoel. Ik houd maar gewoon even vakantie. Ik pak een roman, ga in een luie stoel zitten en doe de hele dag lekker niks. Dat zijn ze niet gewend hier thuis. Ze vinden het onhandig, maar…. ‘Chinees’ smaakt iedereen goed.
Zaterdag: Mijn boek is uit, de krant ook. Glansrijk win ik drie potjes Wordfeud. Gelukkig is er ook wat sensatie. Mijn vader die rondom het huis aan het klussen is, komt binnen gesneld. Hij boorde een gat in zijn hand en het bloed stroomt eruit. De verbanddoos staat buiten mijn rolstoelbereik helaas; hij moet zichzelf helpen. ’s Avonds zie ik overal bloedsporen op de handvatten van de keukenlaatjes. Die zijn voor mij nu op ooghoogte. Ik poets ze maar gauw weg voor ik van een misdrijf verdacht word. Wat een avontuur vandaag!
Zondag: Al voor de tiende keer geen kerkdienst. De gemeente kreeg voor vandaag een link naar een filmpje met een overdenking over het blijven in de liefde van Jezus. Onze waarde wordt bepaald door Zijn liefde voor ons, niet door onze productiviteit of door wat wijzelf of anderen van ons denken, werd er onder andere gezegd. Toepasselijk voor mij, maar dat is ook niet gek: de spreker was ikzelf. Een preekje opnemen kon ook zonder been en je zag er niks van.
Maandag: Ik kan niet altijd vakantie blijven houden. De wasmanden puilen uit, dus er is werk aan de winkel en vanuit een rolstoel is dat een dagvullend programma. Een extra lesje onthaasten is altijd fijn.
Dinsdag: Het thuiszitten wordt strontvervelend, dus vandaag ga ik de uitdaging maar aan. Ik ga kaas halen op de markt. Helemaal zelf. Ik hoepel op armkracht twee kilometer heen, twee kilometer terug. Ik ben bekaf als ik thuis kom, maar het is me gelukt. Knap toch, of was het dom?
Woensdag: Tja, bij elke beweging voel ik nu m’n armen. Het voordeel is, dat ik bij elke beweging me mijn succes herinner. Hopelijk loop, fiets en rij ik binnenkort weer, want anders ga ik mijn eigenwaarde nog ontlenen aan mijn topprestaties.
Een weekje op wielen, het was toch weer wat!

dinsdag 12 mei 2020

Gewoon een moeder

Waarom moederdag nu eigenlijk nodig is, vraagt men zich hier thuis af. Moeders zijn toch ook gewoon elk jaar een keer jarig. Waarom is er dan nóg een dag waarop ze cadeaus krijgen en verwend worden? Ze wilden toch zelf kinderen en doen nu toch gewoon hun taak? Tja, wat geef je daar dan als moeder voor zinnig antwoord op?
Als kind had ik ook niet echt het idee dat ik een bijzondere moeder had. Ze zag er niet uit als een fotomodel. Ze had geen spectaculaire hobby's. Ze ondernam geen avontuurlijke activiteiten. Ze was geen stijlvolle binnenhuisarchitecte. Ook een productieve handwerkster was ze niet echt. Soms breide ze een trui, maar daarover deed ze dan wel minstens een jaar.
Wat deed ze dan wel? Natuurlijk heel veel, voor ons, voor anderen, voor zichzelf, maar als kind ben je daar totaal niet mee bezig. Dan leef je in een wereld waarin jijzelf centraal staat. Ondertussen heb ik er wat meer zicht op, maar wat ik me vooral herinner is dat mijn moeder er gewoon was. Ze was er met een kopje thee, ze was er met een luisterend oor en ze was er voor de gezelligheid. Ik dacht dat dat normaal was, dat iedereen zo'n moeder had, maar ik besef steeds meer hoe bijzonder dat is. Niet ieder kind blijkt gezegend met zo'n moeder.
Ik hoorde eens een liedje waarin gezongen werd: 'God is mother too'. God is niet alleen een Vader, maar wil ook een moeder voor ons zijn. Ik denk dat dat klopt. Zijn naam past daar in elk geval perfect bij. Hij noemt zichzelf 'Ik Ben', Hij is een God die er is, net als een moeder.
Zal ik dat dan maar antwoorden aan de kids hier? Dat het hebben van een gewone moeder echt een feestje waard is? Dat een moeder ook iets van Gods karakter laat zien? Ach, ik doe het maar niet. Pubers houden niet van een preek en het is voorlopig toch geen moederdag. Al kan ik natuurlijk wel vast een stichtelijke toespraak voor vaderdag voorbereiden.

woensdag 6 mei 2020

(G)een bloemetje voor mij

´Nee, je moet geen bloemen voor mijn moeder meenemen, daar houdt ze echt niet van.´ Ik ga voor het eerst zijn ouders ontmoeten en wil een beetje goed voor de dag komen. Een bosje bloemen leek me wel attent, maar blijkbaar is dat geen goed idee. Een plantje, dat kan eventueel wel volgens mijn lief. Ik vind het maar vreemd. Wat is dat voor iemand die niet blij wordt van bloemen? Maar goed, een plantje dan maar, want ik wil het natuurlijk graag goed doen. Je krijgt tenslotte nooit een tweede kans voor een eerste indruk. 
De verkoper bij de bloemenkiosk op het station kijkt me wat verwonderd aan. Plantjes? Nee, die heeft hij niet. Waarom niet één van zijn prachtige boeketjes? Na even denken en zoeken, komt hij aan met een uitgebloeid rozenplantje dat nog ergens in een hoekje bleek te staan, een beetje zielig exemplaar. Tja, doe die dan maar. Met een cellofaantje en wat gekleurde linten ziet het er toch nog enigszins gezellig uit. Wanneer ik wat gespannen aankom, word ik gelukkig enthousiast begroet en met enige toelichting overhandig ik haar mijn geweldige cadeau. Het klopt inderdaad dat ze liever geen bloemen krijgt. De eerste pluspuntjes heb ik binnen! Tijdens het eten levert mijn voorgedragen grappige gedichtje van Annie M.G. Schmidt me er nog een paar. Voila, een geslaagde kennismaking!
Nooit heb ik trouwens later dat plantje nog ergens teruggezien. Ik zou het ook erg knap hebben gevonden als ze hem weer tot bloei zou hebben gebracht. Als ik er één boordevol veelbelovende knoppen krijg, lukt dat me al niet en belandt hij na enkele weken bij het vuil. Al zou dat heel misschien ook door aandachtsgebrek kunnen komen... Ik moet nog maar eens vragen hoe het eigenlijk destijds met mijn bijzondere geschenk is afgelopen.
Weet je dat er wel overal gezellige vaasjes met bloemen op tafel bleken te staan bij mijn schoonmoeder? Toch opmerkelijk voor iemand die niet van bloemen houdt. In haar huis staan dan ook geen bosjes uit de winkel, maar wel narcisjes, rododendrontakjes of andere zelfgeknipte bloeisels. Ze geniet zeker van bloemen, in de tuin, in de berm, aan de bomen, maar zuinige, milieubewuste duurzaamheidsspecialist als ze is, vindt ze het zonde als er zoveel geld en energie wordt gestoken in snijbloemen die na een week alweer de kliko in gaan. 
Tot haar grote spijt, heeft haar zoon erg weinig van de duurzaamheidsprincipes van zijn moeder overgenomen. Soms heb ik daar best mazzel mee. Toen hij gister naar de supermarkt was geweest, stapte hij uit de auto (jammer) met een plastic tas (ook jammer) vol boodschappen, maar ook met een prachtige bos bloemen voor mij. Dat laatste vind ik  echt helemaal niet jammer, sterker nog: ik geniet een week lang vele uren van die kleurenpracht. Ik vind dat dat best wat mag kosten.
Mijn schoonmoeder maak ik tegenwoordig blij met een zelfgebakken cake of een lekkere maaltijd. En in de lente geven we haar een bakje met narcissen, haar lievelingsbloemen. De uitgebloeide bolletjes krijgen we steevast bij het volgende bezoekje mee naar huis om in te graven in de tuin. En bloemenliefhebber als ik ben, ga ik daar volgend voorjaar weer vele uren van genieten, met veel dank aan mijn duurzame schoonmama en onze creatieve Schepper!