vrijdag 18 september 2020

Helemaal alleen


 Eindelijk was het dan zover. Een half jaar was het niet voorgekomen, maar zoo, wat was dat genieten!  Maandenlang was er altijd wel iemand ergens in huis, soms één, vaak ook vier, soms heel stilletjes, vaak ook duidelijk aanwezig, maar nu had ik dan een hele ochtend het huis helemaal voor mezelf alleen.

Het ging goed hoor, de lockdown en de vakantie, maar het was ook best intensief zo lang met z’n allen bij elkaar. Een klusje hier, een vraagje daar, een boodschap voor een knutselaar, een helpende hand voor een bakster, een natje, een droogje, opbeurende woorden, gezellige spelletjes, gezamenlijke boswandelingen,…. Heerlijk om te doen, maar ik merkte dat ik ondertussen best moe was geworden van al het moederen. De mijmeraar in mij begon wat weg te kwijnen. De rustzoeker kon zichzelf niet meer helemaal vinden. Even lekker alleen zijn, niets hoeven, wat ruimte in huis en in mijn hoofd, daar had ik wel behoefte aan.

En toen was daar die dinsdagochtend. Om negen uur was het huis zomaar heerlijk leeg. Ik zat op een stoel en staarde voor me uit. Niemand vroeg wat ik aan het doen was. Met een kop koffie las ik aan de keukentafel de krant. Niemand legde er zomaar zijn spullen bovenop. Het was prachtig weer en ik liep een blokje om. Niemand hoefde te weten wanneer ik terug zou zijn. Met een zelfgekozen deuntje op de achtergrond maakte ik een boterhammetje met komijnenkaas en reepjes paprika. Niemand die zijn neus er voor ophaalde, niet voor de muziek en niet voor de lunch. En toen? Toen kwam de eerste alweer thuis. Jammer? Ach…

Ik denk aan mijn oma’s vroeger met hun kinderschaar, vriendinnen met kinderen en drukke banen, aan moeders in het propvolle Moria of een hutje in een sloppenwijk. Rust, ruimte, mijmertijd? Kennen ze dat?  In de supermarkt vertel ik de caissière enthousiast over mijn relaxte ochtend. Achter me luistert een oude mevrouw mee. ‘Ik heb altijd het huis voor mezelf alleen,’zegt ze zacht. Ik denk aan alle ouderen, alleenstaanden die meer alleen zijn dan ze lief is.Eigenlijk kan ik maar één ding concluderen: Ik heb niks te klagen. Sterker nog: Ik ben een geluksvogel!   Maar wil iedereen hier in huis nu dan wel onmiddellijk stoppen met hoesten en snotteren en gewoon naar school gaan? Dan hoef ik niet weer een half jaar te wachten op een leeg huis!!! Zo, dat heb ik gezegd!